Soms hebben familieomstandigheden een grote impact op een bedrijf. Dat was ook het geval bij LMB (Landbouw Mechanisatie Bedrijf) Antens. Inmiddels heeft directeur Toon Antens de draad weer opgepikt en richt het bedrijf zich sterk op de toekomst. De focus ligt op een uitbreiding van het totale servicepakket voor de klanten. In moderne termen gezegd: […]
Soms hebben familieomstandigheden een grote impact op een bedrijf. Dat was ook het geval bij LMB (Landbouw Mechanisatie Bedrijf) Antens. Inmiddels heeft directeur Toon Antens de draad weer opgepikt en richt het bedrijf zich sterk op de toekomst. De focus ligt op een uitbreiding van het totale servicepakket voor de klanten. In moderne termen gezegd: op het ontzorgen van klanten.
Landbouwmachinedealer LMB Antens begon in 1863 als Smederij Rijsbosch-Staes. Na de Tweede Wereldoorlog nam Emiel Rijsbosch de smederij over van zijn vader. Hij bouwde deze in de jaren daarna om tot een mechanisatiebedrijf met een winkel. Van hieruit werden vanaf de Tweede Wereldoorlog tractoren en werktuigen van het Duitse merk Lanz Bulldog verkocht in Nederland en België. In 1958 werd Lanz Bulldog overgenomen door het Amerikaanse John Deere. Emiel Rijsbosch bleef ondertussen in het centrum van Baarle-Hertog zitten tot hij niet meer kon uitbreiden.
In 1978 nam Jan Antens het bedrijf over van Emiel Rijsbosch. In 2010 namen de huidige directeur Toon Antens en wijlen zijn broer Bart Antens dan het bedrijf over van hun vader. Antens junior volgde de opleiding Landbouwmechanisatie in Breda. Daarna deed hij nog techniek in Tilburg en vervolgens ging hij thuis aan de slag: ‘Ik ben begonnen, heel eenvoudig, in de werkplaats. Net als mijn vader heb ik als beleid dat wij als bedrijf niet hiërarchisch werken, maar meer als een team.’ Antens zit overigens op een bijzondere locatie in Baarle-Hertog. Tijdens de wandeling op het bedrijf naar de ontvangstruimte met leslokaal passeren wij diverse malen de Nederlands-Belgische grens. Volgens Antens denken veel mensen dat je kunt profiteren van de voordelen van beide landen als je bedrijf zo gehuisvest is: ‘Ik zeg dan altijd: maar de nadelen en regelgeving van beide landen heb je ook. Ik heb trouwens ook beide nationaliteiten, dus twee paspoorten.’
Als puber wist de jonge Antens nog niet of hij het bedrijf van zijn vader zou overnemen. Tijdens zijn studie aan de technische school begon de interesse voor het ouderlijk bedrijf te kiemen. Het feit dat vader Jan Antens in 1978 het bedrijf van Emiel Rijsbosch overnam, had er ook mee te maken dat de John Deere dealer wilde dat er een opvolger zou zijn. Toon Antens: ‘In die jaren, tot 2011, werkten wij overigens nauw samen met John Deere dealer Louis Nagel in de buurt van Nijmegen en voor België loopt het John Deere dealerschap nog steeds via Cofabel.’ Het John Deere dealerschap is naast JCB voor Antens nog steeds een van de belangrijkste dealerschappen van zijn bedrijf.
Toon leidde tot 2015 het bedrijf samen met zijn broer Bart. Bart deed vooral de aftersales en Toon zelf de verkoopsbuitendienst. Zijn broer overleed echter in het voorjaar van 2015. Toon: ‘Die gebeurtenis heeft mij echt aan het denken gezet. Ik ben mij vooral bewust geworden van waar het allemaal om draait in het leven, en dat het zomaar voorbij kan zijn. En ook sociaal gezien besef ik meer dan gemiddeld dat ik zowel mijn personeel als klanten goed moet behandelen.’ Terwijl Toon in de rouw zat na het overlijden van zijn broer ging het bedrijf gewoon door. Zijn eerste kindje werd geboren op 9 maart 2015 en zijn broer kwam op 20 maart van dat jaar in het ziekenhuis terecht, wat voor een emotionele rollercoaster zorgde. Volgens hem heeft de rouwperiode ruim twee jaar geduurd en is hij pas sinds 2018 over de dood van zijn broer heen. Om weer meer grip op het eigen bedrijf te krijgen volgt hij sinds kort in het Nederlandse Helmond de cursus Managementtraining. Toon: ‘En dat helpt mij echt. Ik dacht altijd dat ik altijd alles zelf moet doen, maar nu leer ik om meer te delegeren en de verantwoordelijkheid ook bij het personeel zelf neer te leggen. Hier heb ik ook geleerd waarom bepaalde dingen op een bepaalde manier gaan.’
Nog samen met zijn broer Bart opende Toon Antens in 2014 een tweede, volledig Belgische vestiging in Brecht. Met in het vooruitzicht de bedoeling om ook dealer te worden voor Nederlands Noord-Brabant en Limburg. John Deere vond echter dat in die provincies al voldoende goede John Deere dealers zaten. Op de locatie in Brecht zit momenteel een bedrijfsleider. Brecht richt zich vooral op de veehouders in de regio, maar ook op akkerbouwers, hoveniers en zelfs de industrie zoals de Antwerpse haven.
Naast John Deere is ook het JCB-dealerschap een belangrijke pijler voor het bedrijf. Dat wordt aangevuld met merken als Joskin, Schuitemaker-Veenhuis, Kuhn-hooibouwmachines en Lemkengrondbewerkingsmachines. Toon: ‘We zitten hier in Baarle-Hertog natuurlijk in een veehouderijgebied, zowel aan de Belgische als aan de Nederlandse kant.’ Wat de Lemken-grondbewerkingsmachines betreft, biedt het bedrijf het hele pakket aan. Maar de focus ligt op ploegen en cultivatoren. Bij de John Deere tractoren merkt de directeur dat hij in België bijvoorbeeld sneller een zescilinder zal verkopen en Nederlandse tractorklanten eerder voor een viercilinder zullen gaan. Zowel Nederlandse als Belgische loonwerkers hebben wel een voorkeur voor zwaardere tractoren en gaan dus eerder voor een zescilinder.
Wat de verkopen betreft, ligt het zwaartepunt voor Toon wel op de merken John Deere en JCB. De verkoop heeft hij inmiddels ook gedelegeerd naar verkopers Niels Leijten, Marc Kusters en Koen Verhaegen. Sommige klanten doet de directeur nog zelf. Terwijl heel veel bedrijven natuurlijk bezig zijn met de vraag of zij wel of niet voor elektrisch zullen gaan, is Toon Antens daar niet zo mee bezig: ‘Eerlijk gezegd geloof ik niet zo in elektrisch. De grondstof om ze te maken, lithium, raakt namelijk ook uitgeput. En voor de vermogens die nodig zijn in de grondbewerking en dergelijke zijn er geen accupakketten die het lang genoeg volhouden.’
Wat de toekomst betreft, ziet Toon veel meer in het ‘ontzorgen’ van de klant en zo efficiënt mogelijk met machines omgaan. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het LiveLink-systeem van JCB. Hij wil zich vooral op deze volg- en onderhoudssystemen richten, waarbij je nauwkeurig het benzineverbruik, de urenstanden en dergelijke kunt zien. Daarbij is het zo dat het personeel tegenwoordig 25 uur van tevoren een melding krijgt als een machine onderhoud nodig heeft. Vervolgens wordt als service deze klant opgebeld. Toon (lachend): ‘Maar het is voor meer dingen handig. Zo hadden wij onlangs een klant met een verreiker en de computer van die machine meldde dat het oliepeil te laag stond. Toen wij die klant belden om hem dit te melden was het wel even schrikken voor hem.’
Daarnaast is LMB Antens bezig met steeds verdergaande automatisering. Het bedrijf gaat momenteel helemaal over op digitale werkorders. In een volgende fase wordt gaandeweg het hele onderdelengedeelte nog verder geautomatiseerd zodat alles kan worden gescand. Nog een innovatie is dat alle monteurs op iedere locatie complete toegang hebben tot alle informatie die ze nodig hebben, zowel interne informatie als van leveranciers. Verder is het volgens Toon Antens de bedoeling om steeds meer trainingen te gaan geven aan klanten zodat ze écht alles uit hun machines kunnen halen en er zo efficiënt en duurzaam mogelijk mee kunnen werken. Toon: ‘In eerste instantie zal het hierbij om klanten van John Deere en JCB gaan, maar we willen deze trainingen straks ook gaan uitbouwen voor onze andere merken. Wij hadden afgelopen maart al trainingen gepland staan, maar die zijn door de coronamaatregelen helaas uitgesteld. Vandaar dat wij deze sessies deze zomer zullen gaan organiseren. Die worden gehouden in de ruimte boven de tuin & park showroom, waar wij nu zitten.’ Toon wil zich bij de profilering van zijn bedrijf overigens niet focussen op een mooie showroom: ‘Die hebben wij amper. Wij moeten het verschil maken met onze service en daar ligt ook onze focus voor de toekomst. Wij willen van onze werkplaats als het ware de showroom maken, díe moet indruk maken bij de klanten.’
Toon Antens wil zich de komende jaren niet per se richten op groei: ‘Wij moeten wel voldoende omvang houden om het bedrijf te kunnen blijven runnen, maar groei is geen doel op zich.’ Mocht het bedrijf toch nog groeien dan wil hij sowieso heel toegankelijk blijven voor alle klanten. Hij wil iedereen persoonlijk kennen. Toon: ‘Belangrijk is dat onze klanten weten waar hun geld naartoe gaat en dat er ook echt naar ze geluisterd wordt. Ik heb er zelf persoonlijk een hekel aan als ik niet weet met wie ik nu eigenlijk echt zakendoe. Komen mijn problemen of wensen dan wel bij degene terecht die het beleid voert?’ Inmiddels heeft hij drie kinderen. Of er een opvolger tussen zit, weet hij nog niet. Toon: ‘Daar zijn ze nu nog te jong voor en verder hoorde ik dat John Deere in Nederland bijvoorbeeld naar minder dealers wil.’ Hoe dat voor België in de toekomst zal gaan is volgens hem dus nog even afwachten. Hij is wel van mening dat dealers voor hun merken een serieuze meerwaarde zijn en kunnen blijven. In welke vorm dat in de toekomst gaat zijn, is echter wel de vraag, aldus Toon. Een paar dagen na het interview kreeg België te maken met een zogeheten ‘lockdown’ in verband met het coronavirus. Ook tijdens het interview zinspeelde Toon Antens al op deze situatie: ‘Of het veel effect op ons bedrijf zal hebben, weet ik niet. Ik denk dat het in onze branche wel mee zal vallen’, schatte hij op dat moment in.