Bij het maaien van gras zijn een aantal zaken cruciaal om goede kwaliteit ruwvoer te oogsten. Tijdstip en omstandigheden zijn voor de hand liggende factoren, die u zelf zo goed mogelijk zult plannen, al dan niet met hulp van de loonwerker. De ruwvoerspecialist en graszaadleverancier spelen uiteraard ook een rol bij uw keuzes. Bij het […]
Bij het maaien van gras zijn een aantal zaken cruciaal om goede kwaliteit ruwvoer te oogsten. Tijdstip en omstandigheden zijn voor de hand liggende factoren, die u zelf zo goed mogelijk zult plannen, al dan niet met hulp van de loonwerker. De ruwvoerspecialist en graszaadleverancier spelen uiteraard ook een rol bij uw keuzes.
Bij het afstellen van de maaier zelf, zien we soms dat er nog wat te verbeteren valt. De maaihoogte is natuurlijk een belangrijke factor, vanwege o.a. de hergroei en het percentage verontreiniging in het ruwvoer. Maar aangezien hier al regelmatig over wordt geadviseerd, wil ik dit keer stilstaan bij de bodemdruk van de maaier.
Met de bodemdruk bedoelen we het gewicht van de maaier dat over de stoppel wordt voortbewogen door de trekker. Als dit gewicht te hoog is, heeft dat een aantal nadelige effecten:
– zodebeschadiging door maaibalk die het gras en bovenlaag in bodem platdrukt
– zodebeschadiging door eerder slippen van de aangedreven trekkerwielen
– extra brandstofverbruik, omdat de trekker al het gewicht door het grasland moet “slepen”
– de obstakelbeveiliging zal (te) vaak activeren, wat ten koste gaat van maaikwaliteit en soms even stilstand veroorzaakt
– minder capaciteit tijdens drukke oogstperiode
Een voorbeeld: een gedragen achtermaaier met kneuzer van 3.2m heeft een gewicht van zo’n 1.000 tot 1.200 kg. Om de maaier goed de bodem te kunnen laten volgen, wordt de maaier in “zweefstand” gezet, zodat al het gras afgemaaid kan worden. Als de bodemdruk niet of nauwelijks wordt afgesteld heeft u te maken met bovengenoemde nadelige effecten.
Bij een juiste instelling wordt gewicht van de maaier wat op de grond rust verlaagd tot zo’n 50-70kg aan elke kant van de maaibalk. Dit is eenvoudig te checken door de maaier even op te tillen aan de buitenkant (uiteraard met stilstaande aftakas/motor).
Bij een te lichte afstelling van de bodemdruk is de kans groot dat de maaier gaat zweven, waardoor stukken gras niet of onvoldoende gemaaid worden.
QuattroLink ophanging van Vicon
De unieke ophanging die Vicon gebruikt op de 7-serie maaiers zorgt voor de meest nauwkeurige bodemdruk in de markt. De techniek is van de ophanging is vergelijkbaar met de wielophanging van een raceauto, die ervoor moet zorgen dat de wegligging van de auto altijd optimaal is. In ons geval spreken we niet van wegligging, maar van bodemvolging. Dit systeem, waarbij de maaier in een parallellogram van 4 stangen over het land wordt getrokken, noemen we QuattroLink.
De bodemdruk bij dit systeem wordt geregeld via een cilinder en stikstofbol die recht boven de maai-unit tussen de 4 stangen geplaatst is. Dankzij deze positie kan de bodemdruk heel nauwkeurig geregeld worden. De chauffeur kan de druk direct aflezen op de drukmeter en vanaf de trekkerstoel kan hij/zij die eenvoudig aanpassen.
Bij een vlak perceel kan de bodemdruk eenvoudig wat lager worden gezet (minder gewicht op de bodem), wat ten goede komt aan de gezondheid van de stoppel en waardoor het brandstofverbruik afneemt.
Bijkomend voordeel van de QuattroLink ophanging is het horizontaal in- en uitheffen op de kopakker, waardoor beschadiging van de stoppel op de kopakkers wordt voorkomen en het maaibeeld ten goede komt. Eerst zakt de draagarm naar de horizontale stand en vervolgens laat de kopakkercilinder (midden boven de maaier – tussen de QuattroLink ophanging) de maaier zakken op de grond.
Het nauwkeurig instellen van de bodemdruk, samen met de flexibele QuattroLink ophanging zorgt ervoor dat de bodem nauwkeurig wordt gevolgd en daarmee dat het gras op de juiste hoogte wordt afgemaaid.