Via deze rubriek ontmoeten we telkens iemand die actief is in de sector (verkoper, technicus, winkelier, chauffeur, consul- tant …) die ons wat meer uitleg geeft over zijn job, zijn drijfve- ren en de manier waarop hij de dingen ziet. Voor dit nummer hebben we Stéphane Decaigny ontmoet, die directeur is van een Crelan-agentschap in […]
Via deze rubriek ontmoeten we telkens iemand die actief is in de sector (verkoper, technicus, winkelier, chauffeur, consul- tant …) die ons wat meer uitleg geeft over zijn job, zijn drijfve- ren en de manier waarop hij de dingen ziet. Voor dit nummer hebben we Stéphane Decaigny ontmoet, die directeur is van een Crelan-agentschap in Aat en Doornik.
Naam: Stéphane Decaigny
Woonplaats:Molenbaix
Leeftijd: 41 jaar
Werkt bij:Zelfstandige, Crelan-agentschap
In dienst: 2012
Studies: Master in Beheerswetenschappen, UCLouvain
Stéphane Decaigny: ‘Heel concreet hou ik me bezig met investeringsleningen voor een professionele klantenkring bestaande uit landbouwers, loonwerkers, kmo’s, zelfstandigen en vrije beroepen. Mijn klantenkring bestaat voor twee derde uit landbouwers. Binnen ons bureau zijn we met vijf partners met ieder zijn specifieke vaardigheden zoals bijvoorbeeld verzekeringen of overdracht van activa. Ons dienstenaanbod beperkt zich dus duidelijk niet tot het uitlenen van geld. Bovendien evolueert de agrarische wereld zeer snel en zijn de financiële belangen zeer groot. Daarom is het onze taak om deze evolutie zo goed mogelijk te ondersteunen.’
Stéphane: ‘Ik ben opgegroeid op de familieboerderij in Tourpes. Mijn ouders hadden toen al gekozen voor zuivelverwerking en binnen de familie hebben we de smaak van de handel te pakken. Na mijn studies, die gericht waren op het aspect ‘cijfers’, wilde ik in nauw contact blijven met de agrarische sector. Mijn eindwerk was bijvoorbeeld gewijd aan een vergelijking van rooisystemen voor bieten en hun winstgevendheid. In zekere zin wil ik mijn expertise ten dienste stellen van landbouwers en loonwerkers, zodat zij de verstandigste keuzes kunnen maken voor de continuïteit van hun bedrijf.’
Stéphane: ‘Het leukste is duidelijk het menselijke en relationele aspect. De agrarische sector is nog steeds de enige sector waar de bankier naar de boerderij gaat en niet andersom. Deze klanten vertrouwen ons dingen toe over hun carrière, hun bedrijf en die dingen, en het is erg belangrijk voor mij om het vertrouwen van deze boerenfamilies te verdienen en te behouden. Ik heb de neiging om te zeggen dat de landbouwsector een kleine wereld is waar iedereen elkaar kent, met de dealers, de leveranciers … Vertrouwen staat dan ook voorop. Daarnaast hou ik van het advies- en ondersteuningsaspect naast de harde cijfers. Dit impliceert dat ik op de hoogte moet blijven van alles wat beweegt, om de evolutie binnen de landbouwbedrijven beter te begrijpen. Dit alles maakt het boeiend.’
Stéphane: ‘In de banksector weegt het administratieve gedeelte soms zwaar door. We moeten dossiers invullen met betrekking tot risicomanagement, rapportering enzovoort. Het is niet verrassend dat het dit aspect van computercodering is dat me het minst boeit in mijn werk. Maar het is er een integraal onderdeel van en het helpt ons om op zijn best te werken en onze klanten op een gefundeerde basis te adviseren. Het is daarom een noodzakelijk kwaad om een degelijke dienst te kunnen verlenen.’
Stéphane: ‘Eerlijk gezegd heb ik er nooit aan gedacht om ergens anders te evolueren dan in de landbouwsector. Als ik geen bankier geweest was, zou ik zeker een verkoper van machines of gebouwen zijn, of een vertegenwoordiger voor het ene of het andere product. De agrarische wereld helpen evolueren is voor mij altijd vanzelfsprekend geweest.’
Stéphane: ‘Mijn grootste droom is dat de agrarische wereld zijn plaats terugkrijgt, zowel op financieel als op sociologisch vlak. Evenzo droom ik dat onze samenleving eindelijk de boeren zal respecteren om wie zijn, in plaats van hen ten onrechte met de vinger te wijzen. Ik merk dat de jongere generatie erg geïnteresseerd is in retail en vaak besluit om het heft in eigen handen te nemen. Ik denk dat het heel belangrijk is om deze nieuwe financiële cultuur onder de aandacht te brengen. Tegelijk is het belangrijk om vragen te stellen, na te gaan denken en jezelf in vraag te stellen om verder te geraken. Dit leidt soms tot generatieconflicten binnen boerderijen, maar het is vaak een goede zaak om een betere toekomst te garanderen.’
Stéphane: ‘Vandaag is het meer dan ooit noodzakelijk om opleidingen te volgen en informatie in te winnen om te blijven evolueren binnen de agrarische sector. Net als veel andere sectoren verandert de agrarische wereld heel snel. Degene die op zijn lauweren rust, zal snel overweldigd worden. De fytolicentie of de ADISA-stage worden soms als slecht ervaren, maar ik ben toch van mening dat het op de lange termijn een goede zaak is. Evenzo kan het nodig zijn om een dergelijke aanvullende opleiding te overwegen in onderwerpen die zo divers zijn als management of recht. Het beheer van een boerderij vereist momenteel ook basisvaardigheden op deze gebieden. De wereld verandert heel snel en het is noodzakelijk om op de kar te springen om al deze ontwikkelingen zo goed mogelijk te volgen. Bovendien, en omdat het onmogelijk is om op alle gebieden tegelijk bekwaam te zijn, is het noodzakelijk om goed omringd te zijn door mensen die je vertrouwt.’